Koffie verbouwen
Koffie wordt heden ten dage overal rond de evenaar verbouwd. Na het planten duurt het 3-4 jaar voor er een eerste oogt is. De koffie struik of boom kan over het algemeen 20-30 jaar vruchten geven. Ideaal is een wisseling van klimaat van droog naar vochtig en vice versa. Dus afwisselend regen en zonneschijn. Temperaturen onder het vriespunt zijn schadelijk voor de plant. De arabica gedijd het beste op een hoogte van 600m tot 2000m bij een temperatuur van 15-24 graden. De robusta op een hoogte van 200m tot 900m en een temperatuur van 24-29 graden. De tropische hooglanden zijn het beste voor het aroma omdat de koffie er langzamer groeit en rijpt.
De oogst en de verwerking.
De oogsttijden zijn voor Brazilië: mei tot september, Midden Amerika: oktober tot maart, Afrika: oktober tot april en in Azië: november tot april. Een koffiestuik draagt tussen de 2,5 en 10,5 kg aan vruchten. Dit is goed voor 0,5 tot 2 kg groene bonen (ruwe koffie). Bij de machinale oogst (stripping) vallen de vruchten (meestal robusta) in de op de grond uitgespreide doeken. De pluk gebeurt overigens meestal met de hand. De zgn. picking is beter voor de bes maar ook langzamer. De dagopbrengst van 1 plukker is tussen de 50 en 100kg bessen, dus 10-20 kg ruwe koffie.
De geoogste koffiebes is niet direct gebruiksklaar of lang houdbaar. Daarom krijgt hij zijn eerste bereidingsproces in het land van herkomst vlak na de pluk. De boon wordt ontdaan van zijn schil, vruchtvlees, slijm, en vlies en gewassen en gedroogd. De koffie wordt naar grote, dikte, kleur gesorteerd voordat deze in jute zakken verpakt wordt om te worden verscheept.